Kerner

Witte druivenrassen

Kerner

Levendig en pittig

Het kleine broertje van de Riesling is er in alle soorten en maten, van wijn voor alledag tot Spätlese, en ook als sekt.


Geschiedenis

Kerner is een witte kruising van de blauwe Trollinger en de witte Riesling. Ze kwam tot stand in 1929 dankzij de druivenkweker August Herold, en wel in het Württembergse Lauffen am Neckar. Aanvankelijk sprak men van de witte Herold, totdat de druif de naam Kerner kreeg. Die naam is een verwijzing naar de Weinsberger arts en dichter Justinus Kerner (1786-1862). In 1969 werd deze kruising officieel erkend.

Betekenis

Begin jaren zeventig maakten zowel producenten als consumenten met de markante Kerner kennis. Vanuit de Pfalz verspreidde die zich over heel Duitsland. Ook in het buitenland wordt ermee geëxperimenteerd. In 1992 bereikte de Kerner met een aanplant van 7826 hectare het hoogtepunt van zijn populariteit, maar sindsdien is sprake van een neerwaartse trend. Momenteel bedraagt de aanplant nog maar 4000 hectare, ongeveer 13500 in Rheinhessen, 1200 in de Pfalz, 400 aan de Moezel, bijna 400 in Württemberg en iets meer dan 200 aan de Nahe en in Franken.


Teelt

Kerner houdt van bodems die niet te vochtig en ook niet te droog zijn. Een lange rijpingstijd tot ver in het najaar maakt mostgewichten mogelijk die hoger liggen dan die van Riesling. De rijpheid van het hout en de winterhardheid zijn goed, zij het dat het bladbeheer veel werk vergt. Dit robuuste ras heeft geelgroene druiven met een dikke schil, maar is gevoelig voor oïdium. Kerner levert goede en betrouwbare opbrengsten met mostgewichten die beantwoorden aan de norm voor Prädikatsweine.

 

Vinificatie en smaak

Het kleine broertje van de Riesling wordt op alle kwaliteitsniveaus tot Spätlese aan toe aangeboden en dienovereenkomstig gevinifieerd, zelfs in de vorm van droge sekt. De kleur loopt uiteen van lichtgeel tot strogeel. De neus is wat aromatischer van de Riesling, fris, fijn en fruitig (peer, sinaasappelconfituur, groene appel, zwarte bes, abrikoos, ijsbonbon) en heeft soms een subtiele muskaattoets. 


In het glas

Eenvoudige Kerner is dankzij zijn frisse zuren een goede dorstlesser. Droge of halfdroge versies van betere kwaliteit passen goed bij lichte voorgerechten als vis- of groenteterrine, zomerse salades, vis, gevogelte en kalfsvlees, asperges en milde kazen. Fruitig-zoete Spätlesen doen het bijzonder goed bij desserts op basis van appel.